Dit is een bijlage die opent in hetzelfde venster 'Sekswerk: Aanvullend beleid naast Hoofdstuk 3 APV?'.

 
Beleidsnota prostitutie en seksbranche 
gemeente Dordrecht 
 
1. Algemeen 
In 2000 is het bordeelverbod opgeheven. In het vorige Dordtse prostitutiebeleid (dat dateert 2000) is 
naar aanleiding hiervan een vergunningenstelsel voor seksinrichtingen en escortbedrijven ingevoerd. 
De aanleiding voor het vervangen van het huidige prostitutiebeleid is tweeledig.  
Ten eerste wil de gemeente – net als een aantal andere gemeenten in het land en de regio – 
voorsorteren op de verwachte inwerkingtreding van de Wet regulering sekswerk (hierna: Wrs) en het 
beleid nu al zoveel mogelijk in lijn van de toekomstige wetgeving brengen. Om diezelfde reden wordt 
de Algemene plaatselijke verordening Dordrecht (hierna: APV)  ook geactualiseerd aan de hand van 
de laatste model-APV van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (verder: VNG) om een sluitend 
geheel te vormen. De definities die genoemd staan in de APV gelden dan ook voor dit beleid. Het 
nieuwe wetsvoorstel  –  waaraan al sinds 2009 gewerkt wordt  –  is op zijn vroegst in 2021 te 
verwachten (en de inwerkingtreding ervan niet voor 2022). Het is om die reden niet verstandig om 
nog langer te wachten met het actualiseren van de lokale regelgeving. 
Daarnaast streeft de gemeente met haar nieuwe prostitutiebeleid naar (meer) beleidsmatige 
aansluiting met de samenwerkingsgemeenten om een regionale aanpak tegen illegale prostitutie en 
misstanden binnen de seksbranche mogelijk te maken. 
Het actualiseren van het prostitutie- en seksbranchebeleid komt de veranderende maatschappelijke 
context ten goede. De aanpak van criminaliteit is één van de prioriteiten in het Integraal 
Veiligheidsplan en illegale prostitutie is hier een belangrijk onderdeel van. Regulering van de branche 
en handhaving rondom illegale prostitutie is voor de leefbaarheid van groot belang. Ondanks de 
huidige regulering van de seksbranche blijft de branche kwetsbaar voor misstanden en blijft een 
illegaal circuit bestaan.  
Met het nieuwe beleid wordt gestreefd naar een beheersbare vergunde sector. Het uiteindelijke doel 
is misstanden, illegaliteit en criminaliteit verminderen zodat er sprake kan zijn van een schone en 
veilige prostitutiebranche. 
De gemeente Dordrecht neemt een strengere en meer proactieve houding bij het toezicht op de 
vergunde branche en in de bestrijding van illegale prostitutie. De gemeente heeft de ambitie om 
meer kennis, informatie en zicht te krijgen op het illegale circuit en interventies toe te passen waar 
nodig. Dat doet zij in samenwerking met de Afdeling Vreemdelingen, Identificatie en Mensenhandel 
van de Politie Rotterdam (hierna AVIM). 
1.1 Leeswijzer 
Deze beleidsnota behandelt achtereenvolgens de uitgangspunten van het beleid (paragraaf 1.2), 
Vergunningverlening (hoofdstuk 2), het (bestuurlijk) toezicht op de seksbranche (hoofdstuk 3), het 
handhavingsbeleid (hoofdstuk 4) en de informatie omtrent de zorg (hoofdstuk 5). 
1.2 Uitgangspunten voor beleid 
Veranderingen in de branche 
 

 
De seksbranche verandert voortdurend en wordt gekenmerkt door een hoge mobiliteit van 
sekswerkers. De ontwikkeling van het internet is in de seksuele dienstverlening een ingrijpende 
technologische innovatie. Door het internet en andere technologische ontwikkelingen zijn er steeds 
meer manieren om als (illegale) sekswerker actief te zijn. De anonimiteit en snelheid van handelen 
via internet maakt dat vormen van criminaliteit zoals mensenhandel en uitbuiting op de loer liggen.1 
Traditionele locatie-gebonden vergunde vormen van prostitutie krijgen in toenemende mate 
concurrentie van (illegale) prostitutie, die wordt aangeboden via het internet, de social media en de 
mobiele telefonie. Daarnaast blijft de branche zoeken naar alternatieve locaties, zoals oneigenlijk 
gebruik van panden met een woonbestemming en hotels. 
Regulering en decriminalisering van de vergunde seksbranche 
Deze beleidsnota is gericht op de decriminalisering van de vergunde seksbranche. Het 
vergunningenstelsel wordt gebruikt om de grip en het zicht op de vergunde branche te behouden en 
te verbeteren waar nodig. De gestelde voorwaarden en vereisten voor een vergunning worden 
gecontroleerd bij bestaande en bij nieuwe vergunningen. 
Tegengaan van misstanden en mensenhandel in de seksbranche 
De  prostitutie-  en  seksbranche  zijn  kwetsbaar  voor  misstanden,  zoals  mensenhandel,  uitbuiting, 
overtredingen van vergunningsvoorwaarden en slechte arbeidsomstandigheden. Misstanden kunnen 
zowel in de vergunde branche als in het illegale circuit plaatsvinden. 
 
Binnen de vergunde branche wordt tegen misstanden en overtredingen door een streng toezicht- en 
handhavingsbeleid opgetreden. Vergunninghouders worden (meer) verantwoordelijk om misstanden 
te voorkomen en wanneer deze zich voordoen,  deze bij de gemeente of de AVIM van de politie te 
melden. Die verantwoordelijkheid komt mede tot uiting door vergunninghouders een bedrijfsplan te 
laten opstellen.  
 
Onder illegale prostitutie vallen de vormen van prostitutie die volgens de APV een vergunning 
moeten hebben, maar die niet hebben. Het kan gaan om prostitutie in woningen (als blijkt dat er 
bijvoorbeeld meerdere mensen diensten verlenen), in massagesalons en vormen van illegale escort. 
Tegen de illegale prostitutie wordt – gelet op de onzichtbaarheid en daardoor een hoger risico op 
misstanden – zoveel mogelijk handhavend opgetreden. 
Strafbare  feiten  in  het  algemeen,  en  mensenhandel  in  het  bijzonder,  worden  door  de  AVIM 
opgespoord en door het Openbaar Ministerie vervolgd. Langs de bestuurlijke weg wordt eveneens een 
bijdrage geleverd aan de bestrijding van mensenhandel. Een (tijdelijke) sluiting of intrekking van de 
vergunning heeft immers rechtstreeks gevolgen op faciliteerders van uitbuiting en mensenhandel.  
 
Verbetering maatschappelijke positie van sekswerkers 
De arbeidspositie van veel prostituees blijft zwak2. Dit geldt zowel voor de prostituees in de vergunde 
branche als in het illegale circuit. Door de hoge mobiliteit van de prostituees en de anonimiteit van 
de sector is het lastig voor (overheids-)instanties om in contact te komen met prostituees. Dit geldt 
nog meer voor thuiswerkers en escort. 
                                                           
1 Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel Geweld tegen Kinderen (2017). Mensenhandel. Tiende rapportage van de Nationaal 
Rapporteur. Den Haag: Auteur. 
2 Zie de rapportage 'Mensenhandel. Tiende rapportage van de Nationaal Rapporteur', Nationaal Rapporteur Mensenhandel en Seksueel 
Geweld tegen Kinderen (Den Haag, 2017). 
 

 
De vormen van prostitutie die via internet worden aangeboden zijn vaak minder zichtbaar en daarom 
moeilijker te controleren. Het versterken van de informatiepositie van de overheidsinstanties en 
uitvoeren van toezicht vragen om een andere inzet van menskracht en expertise. 
Op verschillende manieren wordt door de gemeente Dordrecht ingezet op verbetering van de positie 
van  de  prostituee.  De  gemeente  draagt  hieraan  bij  door  beleid  te  voeren  ter  bevordering  van  de 
gezondheid van de prostituee, waardoor tevens het belang van de volksgezondheid wordt gediend. 
Daarbij kan gedacht worden aan laagdrempelige voorzieningen voor soa-controles. 
 
Ook verhoogt de gemeente de minimumleeftijd voor het beoefenen van prostitutie van 18 jaar naar 
21 jaar. Daarmee beoogt de gemeente te waarborgen dat de personen die werkzaam zijn in deze 
branche voldoende weerbaar zijn. 
Toekomstig beleid aandacht en bescherming van thuiswerkers 
De raad heeft het college de opdracht gegeven beleid te ontwikkelen voor de bescherming van de 
zogeheten thuiswerkers, mensen die vanuit hun woning zelfstandig prostitutiediensten aanbieden. 
Het college gaat onderzoeken of een systeem, zoals erkenning, vergunningen, dan wel een verbod de 
beste mogelijkheden biedt om misstanden te voorkomen3.  
1.3 Overgangsperiode 
Voor alle huidige en nieuwe exploitanten gelden de (nieuwe) regels zoals vastgesteld in de APV en 
het beleid. De gemeente Dordrecht is zich er terdege van bewust dat deze actualisatie niet alleen 
anticipeert op nieuwe wetgeving, maar ook lange tijd op zich heeft laten wachten. Het uitgangspunt 
is derhalve om de bestaande inrichtingen en bedrijven die reeds gevestigd zijn in Dordrecht binnen 1 
jaar actief te begeleiden naar de nieuwe situatie. De branche is daartoe geïnformeerd over de 
actualisering van het beleid. 
2 Vergunningverlening 
2.1 Doel 
Het wettelijke kader waarbinnen vergunningen worden verleend is uitgewerkt in de Algemene 
Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Dordrecht. Door het verstrekken van vergunningen 
beoogt de gemeente zicht te hebben (en te houden) op deze kwetsbare branche en te voorkomen 
dat de illegaliteit toeneemt. Het vormt een barrière tegen misstanden. De in de vergunning gestelde 
voorwaarden en vergunningsvereisten worden gecontroleerd en bij nieuwe vergunningaanvragen 
wordt de integriteit van exploitanten getoetst. Nieuwe vergunningen worden alleen verleend 
wanneer aan de strikte vestigingsvoorwaarden voor seksbedrijven wordt voldaan.  
De gemeente voert een actief beheer uit op de door haar verleende vergunningen (onderhoudt 
bijvoorbeeld contact met de exploitanten) en ziet actief toe op de naleving van de 
vergunningsvoorwaarden. 
2.2 Jaarlijkse bijeenkomst vergunde branche 
Om in contact te blijven met de branche organiseert de gemeente jaarlijkse bijeenkomsten waar de 
exploitanten van de vergunde inrichtingen alsook de diverse disciplines van de overheid elkaar op 
een laagdrempelige manier kunnen treffen. Deze bijeenkomsten hebben naast het onderhouden van 
                                                           
3 Vastgesteld bij unaniem aangenomen amendement van SP Dordrecht.  
 

 
het contact met de branche, het signaleren van nieuwe trends of kwetsbaarheden in de branche ten 
doel. 
2.3 Intakegesprek 
Wanneer een ondernemer concrete plannen heeft om een aanvraag voor een nieuw seksbedrijf of 
nieuwe seksinrichting in te dienen, vindt een intakegesprek plaats. Het intakegesprek vindt plaats 
tussen de exploitant en de gemeente (of uitvoerende instantie daarvan). Van de toekomstige 
exploitant worden bij aanvang van het intakegesprek de persoonsgegevens genoteerd. Van het 
intakegesprek wordt een verslag opgesteld. 
Het is mogelijk dat er meerdere gesprekken nodig zijn voor de gemeente om de aanvraag op een 
zorgvuldige en volledige wijze te kunnen toetsen. 
De gemeente maakt gebruik van een (niet-limitatieve) checklist aan met daarop de benodigde 
documenten voor het intakegesprek en de vergunningsaanvraag.  
Het intakegesprek en de daaropvolgende correspondentie vindt in beginsel plaats in de Nederlandse 
taal. Indien de toekomstige exploitant die taal onvoldoende machtig is, dan wordt voorzien in een 
onafhankelijke tolk. 
Om tot een goede beoordeling van de aanvraag te komen is de exploitant ten minste verplicht om de 
volgende gegevens te verstrekken: 
a. de persoonsgegevens van de exploitant;  
b. het nummer van inschrijving in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel;  
c. of in de vijf jaar voorafgaand aan de aanvraag de exploitant een vergunning voor een seksbedrijf is 
geweigerd of een aan de exploitant verleende vergunning voor een seksbedrijf is ingetrokken;  
d. het adres waar het seksbedrijf wordt uitgeoefend; 
e. het adres van een onder het seksbedrijf vallende seksinrichting;  
f. het telefoonnummer dat in advertenties voor het seksbedrijf zal worden gebruikt;  
g. een geldig identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht van de 
exploitant;  
h. voor zover van toepassing, de verblijfstitel van de exploitant;  
i. een actuele verklaring betalingsgedrag nakoming fiscale verplichtingen, verstrekt door de 
Belastingdienst;  
j. bewijs waaruit blijkt dat de exploitant gerechtigd is tot het gebruik van de ruimtes bestemd voor de 
uitoefening van het seksbedrijf;  
k. voor zover van toepassing, de plaatselijke ligging van de seksinrichting waarvoor vergunning wordt 
aangevraagd, door middel van een situatieschets met een noordpijl en schaalaanduiding;  
l. voor zover van toepassing, de plattegrond van de seksinrichting waarvoor vergunning wordt 
aangevraagd, door middel van een tekening met een schaalaanduiding waarop duidelijk is 
weergegeven het gebruik en de afmetingen van de aanwezige ruimten alsmede de brandpreventieve 
voorzieningen.  
 
2.4 Bedrijfsplan 
In de vernieuwde APV is het exploitanten verplicht in het bezit te zijn van een bedrijfsplan en deze 
ook daadwerkelijk na te leven. In de APV staat welke informatie het bedrijfsplan in ieder geval dient 
te bevatten. 
Uit het bedrijfsplan moet blijken welk bedrijfsbeleid de exploitant voert ten aanzien van de 
arbeidsomstandigheden, de hygiëne, de gezondheid, het zelfbeschikkingsrecht, de zelfredzaamheid 
en de veiligheid van de in het bedrijf werkzame prostituees, alsmede de veiligheid en gezondheid van 
 

 
klanten. In het bedrijfsplan moet de exploitant bijvoorbeeld uitwerken hoe aan de 
toezichtverplichting invulling wordt gegeven. 
De gemeente Dordrecht bied een model bedrijfsplan aan. Het is mogelijk gebruik te maken van een 
eigen format, mits daarin alle verplichte elementen (zoals opgenomen in de APV) zijn uitgewerkt. 
2.5 Ketenpartners 
Bij elke nieuwe aanvraag van een vergunning, alsook bij elke aangevraagde/gemelde wijziging in de 
vergunning wordt Team Handhaving van de gemeente en de politie om advies gevraagd. Het 
afgegeven advies maakt onderdeel uit van de belangenafweging om de vergunning te verlenen of de 
(gemelde) wijziging door te voeren. Ook een advies van de GGD op bijvoorbeeld de passages die gaan 
over de gezondheid uit het bedrijfsplan kan onderdeel uitmaken van de procedure. 
2.6 Bibob-toets 
Het doel van de wet Bibob is te voorkomen dat bestuursorganen strafbare feiten faciliteren. De wet 
biedt een instrument om te beoordelen of partijen waaraan een vergunning wordt of is verleend 
integer zijn en geeft de mogelijkheid een vergunning te weigeren of in te trekken wegens mogelijk 
crimineel misbruik ervan (het witwassen van geld of het plegen van strafbare feiten). In het Bibob-
beleid van de gemeente Dordrecht is opgenomen dat een vergunning voor een seksbedrijf onder de 
reikwijdte van het Bibob-beleid valt. 
Bij elke aanvraag om een vergunning voor het exploiteren van een seksbedrijf, moet een Bibob 
vragenformulier worden ingevuld. De gemeente voert bij elk van deze aanvragen onderzoek uit in 
het kader van de wet Bibob. 
De aanvrager is verplicht het vragenformulier volledig en naar waarheid in te vullen. Het is mogelijk 
dat de gemeente om aanvullende gegevens vraagt aan de aanvrager, ook deze gegevens is de 
aanvrager verplicht te verschaffen.  
Indien het naar het oordeel van de gemeente noodzakelijk is, wordt het advies van het Landelijk 
Bureau Bibob gevraagd. 
Er wordt geen voorlopige of tijdelijke vergunning afgegeven in afwachting van het advies van het 
Landelijk Bureau Bibob. 
3. Toezicht op de seksbranche 
3.1 Controle vergunde branche 
De exploitant en de beheerder(s) zijn  gehouden om toezichthouders ongehinderde toegang te geven 
tot het bedrijf en de inrichting, hun werkzaamheden niet in de weg te staan en medewerking te 
verlenen aan het uitoefenen van toezicht. Het belemmeren of bemoeilijken van het toezicht kan zelfs 
een grond voor intrekking van de vergunning zijn. 
Het bestuurlijk toezicht op de vergunde seksbranche wordt in Dordrecht uitgevoerd door het team 
Handhaving van de gemeente Dordrecht (al dan niet in samenwerking met de politie). De 
medewerkers die de taak uitvoeren zijn of worden opgeleid. 
Zij voeren de volgende toezichthoudende taken uit: 

Het actief monitoren van (advertentie)websites waarbij diensten in of vanuit Dordrecht 
worden aangeboden; 

Het voeren van gesprekken met exploitanten bij de controles; 

Het voeren van gesprekken met werknemers bij de controles; 
 

 

Het signaleren van misstanden zoals mensenhandel, minderjarigheid en illegaliteit; 

Het controleren van/op de naleving van de  APV, de vergunningvoorschriften en het 
bedrijfsplan; 

Het monitoren en bewaken van de leefbaarheid in de directe omgeving van seksbedrijven en 
gaan overlast tegen; 

Het aanleveren van bestuurlijke rapportages bij de overtreding van de APV en de 
vergunningvoorschriften ten behoeve van het nemen van bestuurlijke maatregelen; 

Het collegiaal adviseren van (interne) collega's op signalen en meldingen. 
Zij voeren de toezichthoudende taken in nauwe samenwerking met de AVIM van politie en de 
Omgevingsdienst ZHZ uit. 
De controles op de vergunde seksinrichtingen vinden in beginsel zes keer per jaar plaats, tenzij het 
risicoprofiel van het bedrijf aanleiding geeft tot meer (of minder) controles. 
De escortbedrijven worden in beginsel twee keer per jaar gecontroleerd (waar op kantoor de 
administratie wordt gecontroleerd), tenzij het risicoprofiel van het bedrijf aanleiding geeft tot meer 
(of minder) controles. 
3.2 Controle onvergunde prostitutie 
Het team Handhaving onderzoekt vermoedelijke gevallen van onvergunde prostitutie, bijvoorbeeld 
naar aanleiding van overlastmeldingen of middels actieve signaalherkenning op de 
(advertentie)websites. 
Het team Handhaving probeert daarnaast zicht te krijgen op het aandeel zogenaamde 'thuiswerkers' 
in de gemeente Dordrecht. 
Een controle wordt, afhankelijk van de aard van de controle, altijd afgestemd met de politie. 
Afhankelijk van de aangetroffen situatie wordt een bestuurlijke rapportage opgemaakt ten behoeve 
van het treffen van bestuurlijke maatregelen.  
3.3 (Regionale) Samenwerking 
De Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel (AVIM) van de politie heeft, onder 
andere, als taak het opsporen en aanpakken van signalen mensenhandel. Omdat de 
prostitutiebranche gevoelig is en blijft voor uitbuiting, zullen politie en gemeente nauw met elkaar 
blijven samenwerken.  
Bij vermoedens van geweld of mensenhandel wordt direct de politie in kennis gesteld. Bij 
vermoedens van geweld of mensenhandel kunnen de toezichthouders ook zorg inschakelen via de 
aandachtfunctionaris mensenhandel of de zorgcoördinator mensenhandel. 
 

 
De gemeente Dordrecht neemt deel aan regionale overleggen en regionale samenwerkingen (o.a. 
onder coördinatie van het Regionaal Informatie- en Expertisecentrum). De gemeente Dordrecht 
draagt bij aan regionale initiatieven, zoals het regionale beleidskader mensenhandel en het regionaal 
controleteam prostitutie - mensenhandel. 
4 Handhavingsbeleid 
4.1 Inleiding 
De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente. Hij 
beschikt over bestuurlijke middelen om de openbare orde en veiligheid te beschermen en de 
bevoegdheid om vergunningen te verlenen (aan seksbedrijven). 
Door het bestuurlijke toezicht op de branche kan de burgemeester handhaven bij de constatering 
van overtredingen van vergunningvoorschriften of bij andere misstanden. In dit hoofdstuk staat 
beschreven op welke overtreding welke bestuurlijke maatregel volgt. Met handhaving wordt 
nagestreefd dat de uitgangspunten van het beleid worden gewaarborgd. 
Geheel geen illegale prostitutie in Dordrecht is een te hoge ambitie. Een stevige aanpak heeft een 
afschrikwekkende werking waardoor de gemeente tracht een barrière op te werken. 
 
4.1.2 Samenloop met strafrecht 
Controles door bestuurlijke toezichthouders kunnen ook leiden tot signalen voor de (strafrechtelijk) 
opsporing. Bij (vermoedens van) ernstige misdrijven (zoals mensenhandel opgenomen in artikel 273f 
Wetboek van Strafrechten gedwongen prostitutie in artikel 248b Wetboek van Strafrecht) zal de 
gemeente deze signalen/vermoedens van strafbare feiten zo spoedig mogelijk melden bij de AVIM 
van de politie Rotterdam. Strafrechtelijke opsporing en vervolging van deze misdrijven hebben en 
houden hoge prioriteit bij de AVIM en het Openbaar Ministerie. 
Exploitanten van seksbedrijven zijn verantwoordelijk om misstanden in hun bedrijf te voorkomen. 
Parallel aan het strafrechtelijk onderzoek kan bestuursrechtelijk worden opgetreden indien het 
bedrijf in verband kan worden gebracht met de genoemde misdrijven. Het doel van het 
bestuursrechtelijk optreden is het herstel van de openbare orde en veiligheid ten opzichte van het 
strafrechtelijk sanctionerend optreden. 
4.1.3 Reikwijdte 
Het handhavingsbeleid geldt voor zowel de vergunde als de illegale prostitutie.  
Onder illegale prostitutie vallen de vormen van prostitutie die volgens de APV verplicht een 
vergunning zouden moeten hebben, maar die niet hebben. Het kan gaan om prostitutie in woningen 
(als blijkt dat er bijvoorbeeld meerdere mensen diensten verlenen), , in massagesalons en hotels, 
maar ook vormen van illegale escort en tippelen. Deze vormen van prostitutie zijn niet toegestaan. 
De gemeente Dordrecht treedt bij overtredingen handhavend op. 
 
Onder illegale prostitutie vallen de vormen van prostitutie die volgens de APV een vergunning 
moeten hebben, maar die niet hebben. Tegen de illegale prostitutie wordt – gelet op de 
onzichtbaarheid en daardoor een hoger risico op misstanden – zoveel mogelijk handhavend 
opgetreden. 
 

 
Ook tegen het overtreden van de vergunningsvoorwaarden wordt handhavend opgetreden. In de 
APV van de gemeente Dordrecht staan gronden opgenomen die tot intrekking van de verleende 
vergunning kunnen leidden. 
4.1.4 Samenloop 
Eén gebeurtenis (feitencomplex) kan leiden tot twee, drie of meer verschillende overtredingen 
tegelijk (cumulatie). In dat geval wordt voor alle overtredingen een bestuurlijke maatregel opgelegd, 
die in principe tegelijkertijd wordt uitgevoerd. Maatregelen die qua vorm gelijk zijn (bijvoorbeeld bij 
een tijdelijke sluiting) worden in principe niet bij elkaar opgeteld, maar wordt de zwaarste maatregel 
opgelegd.  
Bij het samengaan van overtredingen en/of incidenten kan de burgemeester besluiten om een stap 
in de handhavingsmatrix over te slaan of een zwaardere maatregel te treffen. De burgemeester zal 
dit in zijn besluit expliciet motiveren. 
4.1.5 Recidive 
Voor het handhavingsarrangement geldt in algemene zin dat een volgende stap wordt gezet wanneer 
binnen twee jaar na een vorige overtreding waarvoor een maatregel is opgelegd, opnieuw een zelfde 
incident of overtreding plaatsvindt. 
In alle gevallen geld dat, indien op een geconstateerde overtreding een sluiting volgt, de 
verjaringstermijn verlengd worden met de duur van de sluiting. 
Bestuurlijke waarschuwingen die zijn afgegeven vervallen 2 jaar nadat deze zijn afgegeven. 
4.2 Handhavingsarrangement seksbranche 
In de handhavingstabel staat beschreven op welke overtreding welke bestuurlijke maatregel volgt. 
ONRECHTMATIGE EXPLOITATIE 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding   4e overtreding  5e overtreding 
Het uitoefenen van 
Opleggen last 
Verbeuren 
Verbeuren 
Verbeuren 
Opleggen last 
een seksbedrijf 
onder 
dwangsom 
dwangsom 
dwangsom 
onder 
zonder vergunning, 
dwangsom 
dwangsom of 
waarbij er geen 
last onder 
sprake is van een 
bestuurdsdwang 
seksinrichting. 
(artikel 3:3 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Het uitoefenen van 
Sluiting van het 
Sluiting van het 
Sluiting van het  ntb 
een seksbedrijf zonder  pand voor 3 
pand voor 6 
pand voor 12 
vergunning, waarbij 
maanden 
maanden 
maanden 
sprake is van een 
seksinrichting 
(artikel 3:3 ex 3:9 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
 

 
Overtreding van het 
Sluiting van het 
Sluiting van het 
Sluiting van het  ntb 
verbod een 
pand voor 3 
pand voor 6 
pand voor 12 
raamprostitutiebedrijf  maanden 
maanden 
maanden 
uit te oefenen 
(artikel 3:18 APV) 
 
WIJZE VAN EXPLOITATIE 
 
1e overtreding 
In het seksbedrijf werken personen die de leeftijd van 18 
Intrekken 
jaren niet hebben bereikt, 
vergunning 
Of als het om prostituees gaat de leeftijd van 21 jaar niet 
hebben bereikt, 
Of slachtoffer zijn van mensenhandel 
(artikel 3:14 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
In het seksbedrijf werken personen die verblijven of 
Schorsing van 
Intrekken 
werken in strijd met het bepaalde bij of krachtens 
de vergunning 
vergunning 
Vreemdelingenwet of Wet arbeid vreemdelingen 
voor 3 
(artikel 3:14 APV) 
maanden 
 
Beide overtredingen vinden een grondslag in artikel 3:14 APV en impliciet in artikel 3:7 APV. Immers 
wordt de aanvraag van een vergunning geweigerd indien personen die de leeftijd van 21 jaar nog niet 
bereikt hebben werkzaam zijn in het bedrijf.  
Om tegemoet te komen aan het feit dat het voor de exploitant moeilijker te verifiëren is of in het 
bedrijf werkzame personen verblijven of werken in strijd met de Vreemdelingenwet of de Wet arbeid 
vreemdelingen, zal in beginsel het voordeel van de exploitant bij een eerste overtreding worden 
overgegaan tot schorsing. 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
5e overtreding 
Er is geen vergunning 
Bestuurlijke 
Last onder 
Verbeuren 
Verbeuren 
Verbeuren 
of afschrift van de 
waarschuwing 
dwangsom 
dwangsom 
dwangsom 
dwangsom 
vergunning zichtbaar 
aanwezig in de 
seksinrichting 
(artikel 3:8 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
Er is gehandeld in 
Bestuurlijke 
Schorsing van 
Intrekking 
strijd met de in het 
waarschuwing 
de vergunning 
vergunning 
bedrijfsplan 
voor 3 
beschreven 
maanden 
maatregelen 
(artikel 3:9 lid 2 onder 
e APV) 

 
 

 
Op grond van artikel 3:9 lid 2 onder e APV Dordrecht is het mogelijk om de vergunning op grond 
hiervan in te trekken. De gemeente Dordrecht geeft echter exploitant eerst de gelegenheid gesteld 
om (weer) te handelen naar het bij de vergunning opgenomen bedrijfsplan of anderzijds om het 
bedrijfsplan te actualiseren. 
De bestuurlijke waarschuwing bevat een termijn waarbinnen de overtreding moet zijn opgeheven. 
Indien tijdens een hercontrole blijkt dat de overtreding in stand is gebleven, wordt de vergunning 
geschorst.  
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
In het seksbedrijf 
Sluiting van de 
Sluiting van de 
Ntb 
hebben zich feiten 
inrichting voor 
inrichting voor 
voorgedaan die de 
6 maanden 
12 maanden 
vreest wettigen, dat 
en/of 
en/of 
het van kracht blijven 
intrekking van 
intrekking van 
van de vergunning 
de vergunning 
de vergunning 
gevaar oplevert voor 
de openbare orde of 
veiligheid of de woon- 
en leefomgeving. 
(artikel 3:9A APV) 
  
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
De exploitant of de 
Bestuurlijke 
Schorsing van 
Intrekking 

beheerder belemmert 
waarschuwing 
de vergunning 
vergunning 
of bemoeilijkt het 
voor 2 
toezicht 
maanden 
(artikel 3:9 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
De exploitant heeft 
Bestuurlijke 
Schorsing van 
Intrekking 

een verandering niet 
waarschuwing 
de vergunning 
vergunning 
gemeld, waardoor het 
voor 2 
seksbedrijf niet langer 
maanden 
in overeenstemming is 
met de in de 
vergunning 
opgenomen gegevens 
(artikel 3:10 APV) 
 
De bestuurlijke waarschuwing bevat een hersteltermijn waarbinnen de overtreding moet zijn 
opgeheven (lees; een melding is gedaan). Een hercontrole vindt direct plaats na deze hersteltermijn. 
De hercontrole moet blijk geven van het feit dat de bedrijfsvoering is aangepast of dat een melding 
wederom is uitgebleven. 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
 

 
De exploitant of 
Bestuurlijke 
Beperking 
Schorsing van 
Intrekking 
beheerder overtreedt 
waarschuwing 
sluitingstijden 
de vergunning 
vergunning 
de sluitingstijden. 
voor 14 dagen 
voor 1 maand 
(artikel 3:12 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
In de seksinrichting 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 
 
verblijven personen of  de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
worden personen 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
toegelaten die de 
leeftijd van 18 jaar 
niet hebben bereikt 
(bezoeker) 
(artikel 3:12 APV) 
 
ADVERTENTIES 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Geen of onjuiste 
Bestuurlijke 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 
vermelding van 
waarschuwing 
de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
telefoonnummer, 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
kenmerk vergunning 
of bedrijfsnaam in de 
advertentie van/voor 
een seksbedrijf 
(artikel 3:13 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Het in de advertenties  Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 

voor een seksbedrijf 
de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
aanbieden van 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
onveilige seks of 
garanderen dat 
prostituees vrij zijn 
van seksueel 
overdraagbare 
aandoeningen 
(artikel 3:13 APV) 
Hetgeen een risico is voor de volksgezondheid. Het betreft een actieve handeling van de 
adverterende partij en kan niet abusievelijk vergeten zijn. 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
In de seksinrichting 
Bestuurlijke 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 
moet in ten minste 
waarschuwing 
de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
twee talen en voor de 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
klant goed zichtbaar 
bekend gemaakt zijn, 
dat een prostituee 

 

 
klanten en diensten 
mag weigeren en mag 
weigeren alcohol of 
drugs te gebruiken 
(artikel 3:15 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
De exploitant of 
Bestuurlijke 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 
beheerder houdt geen  waarschuwing 
de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
toezicht dan wel 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
onvoldoende toezicht 
(artikel 3:15 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Prostituees kunnen 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 

redelijkerwijs niet hun  de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
eigen werktijden 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
bepalen 
(artikel 3:17 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Er is geen deugdelijke 
Schorsen van 
Schorsen van 
Intrekking 

bedrijfsadministratie 
de vergunning 
de vergunning 
vergunning 
gevoerd, deze is niet 
voor 1 maand 
voor 3 maand 
bewaard volgens de 
wettelijke termijnen 
of deze is niet 
beschikbaar voor de 
toezichthouder 
(artikel 3:17 APV) 
 
 
1e overtreding 
2e overtreding 
3e overtreding  
4e overtreding 
Signalen van 
Intrekking 



mensenhandel of 
vergunning 
andere vormen van 
dwang of uitbuiting 
zijn niet direct gemeld 
bij de politie 
(artikel 3:17 APV) 
 
4.3 Hardheidsclausule (afwijkingsbevoegdheid) 
De burgemeester kan bij zijn besluitvorming over te treffen bestuurlijke maatregelen afwijken van 
het beleid. Per geval wordt gekeken of de burgemeester hiervan gebruik maakt. De stappen in het 
handhavingsarrangement gelden daarbij uitsluitend als uitgangspunt. Als de feiten en 
omstandigheden hiertoe aanleiding geven, kan de burgemeester afwijken van deze uitgangspunten. 
 

 
De burgemeester zal een afwijking van het handhavingsarrangement expliciet in zijn besluit 
motiveren. 
5 Zorg 
 
5.1 Inleiding 
Het beroep van sekswerker brengt verhoogde gezondheidsrisico’s met zich mee. De gemeente zet 
zich in om niet alleen de risico's voor de klant maar ook voor de sekswerker te verkleinen. Het 
beschermen van de volksgezondheid en in dit geval specifiek het tegengaan van verspreiding van 
seksueel overdraagbare aandoeningen (soa's), behoort op basis van de Wet publieke gezondheid tot 
de verantwoordelijkheid van de gemeente en wordt uitgevoerd door de GGD ZHZ. 
 
5.2  Individuele bescherming 
De GGD zet zich allereerst in voor de individuele bescherming van de sekswerker door het geven van 
voorlichting, het propageren van een veilig seksbeleid en het aanbieden van regelmatige controles 
op seksuele aandoeningen. Sekswerkers hebben de mogelijkheid om aan het beroep gerelateerde 
klachten bij de GGD of bij een GGD bekende arts te laten onderzoeken. Daarbij kunnen zij gebruik 
maken van een consult op afspraak bij het Centrum Seksuele Gezondheid van de GGD. 
 
5.3 Technisch hygiënische-controles 
Naast de individuele bescherming van de sekswerker voert de GGD jaarlijks technisch-hygiënische 
controles uit van de werkplek en de arbeidsomstandigheden van de prostituee om er op toe te zien 
dat de randvoorwaarden voor de uitvoering van een veilig seksbeleid in de vergunde inrichting 
aanwezig zijn. 
 
De exploitant moet maatregelen treffen in het belang van de veiligheid, de hygiëne en de 
bescherming van de in de inrichting werkzame prostituee en de klanten. In elk geval moet worden 
voldaan aan de hygiëne eisen van de GGD zoals vermeld in het hygiëne protocol van het RIVM. De 
wijze waarop de exploitant maatregelen treft, wordt opgenomen in het bedrijfsplan (dat onderdeel 
uitmaakt van de vergunning). Indien sprake is van structurele gebreken, kan dit gevolgen hebben 
voor de vergunning (zie hiervoor ook de opgenomen handhavingsmatrix in paragraaf 4.2). 
 
5.4 Preventie 
Wat betreft seksuele gezondheid en seksueel geweld streeft de gemeente ernaar om meer in te 
zetten op preventie. Met name door voorlichting te geven, netwerksamenwerking 
(verbinden/verwijzen), en de bekendheid met het vraaggerichte aanbod van de GGD ZHZ en Veilig 
Thuis te vergroten.  
 
In opdracht van de gemeente geeft de GGD ZHZ, in samenwerking met Veilig Thuis, seksuele 
voorlichting. De GGD geeft voorlichting op basis van het Sense programma aan de volgende 
doelgroepen: jongeren onder de 25 jaar (vooral 12-24), mannen die seks hebben met mannen 
(MSM), sekswerkers, slachtoffers seksueel geweld, mensen met klachten die wijzen op een soa, 
mensen die gewaarschuwd zijn voor een soa (Partnerwaarschuwing) en mensen uit soa-endemische 
gebied. De voorlichting kan één op één worden gegeven (vaak op de soa-poli van het Centrum voor 
Seksuele Gezondheid) of voor groepen. Vanuit de Gezonde school aanpak kan de GGD scholen in het 
basis- en voortgezet onderwijs begeleiden bij het organiseren van voorlichtingstrajecten over 
seksuele gezondheid. De focus ligt hierbij op een integrale aanpak van vier pijlers: educatie, borging 
in beleid, signaleren (leren signaleren door docenten) en het betrekken van de omgeving. Inhoudelijk 
 

 
gaat het over seksualiteit in brede zin, respectvolle omgang, zwangerschap, soa's en seksuele 
diversiteit. Aandachtsfunctionarissen van Veilig Thuis kunnen voorlichting geven over seksueel 
geweld en bijvoorbeeld over loverboys.   
Veilig Thuis heeft eind 2019 vanuit de netwerkaanpak seksueel geweld (gekoppeld aan het landelijke 
programma "Geweld hoort nergens thuis", met daarbinnen een actielijn seksueel geweld) een 
netwerkoverleg seksueel geweld opgericht voor ZHZ. Doel van de netwerkaanpak is, door het 
verbeteren van signalering bij Veilig Thuis en zorgpartijen, onderwijs, kinderopvang en 
sportverenigingen, seksueel geweld te stoppen en herhaling te voorkomen. De aanpak is integraal, 
multidisciplinair en sectoroverstijgend. Het netwerk bestaat o.a. uit Veilig Thuis, GGD ZHZ, politie, 
Bureau Slachtofferhulp, Stichting Jeugdteams, aanbieders van jeugdzorg en GGZ, en is tevens 
verbonden met het Centrum Seksueel Geweld Rotterdam (waar ZHZ onder valt).  
 
Bieden van hulp 
Naast preventie is het uiteraard belangrijk om hulp te bieden. Als het gaat om hulp bij seksuele 
gezondheid is de inzet vanuit het Centrum Seksuele Gezondheid (GGD ZHZ) van belang. Als het om 
hulp na een ongewenste seksuele ervaring gaat, kan het Centrum voor Seksueel Geweld Rotterdam 
worden ingeschakeld, al dan niet na tussenkomst van Veilig Thuis. 
 
5.5. Uitstapregeling(en) 
Iedereen die uit de prostitutie wil stappen, krijgt de kans om te stoppen. Het ministerie van 
Veiligheid & Justitie heeft subsidie verstrekt voor een landelijk dekkend netwerk van regionaal 
vormgegeven uitstapprogramma's voor prostituees. De uitstapregeling voor onze regio is belegd bij 
de gemeente Rotterdam als centrumgemeente. Prostitutie Maatschappelijk Werk (PMW) van 
Humanitas (Rotterdam) voert de uitstapregeling namens de regio uit. 
 
Het uitstapprogramma helpt prostituees bij het vinden van werk, opleiding of dagbesteding buiten 
de prostitutie. Bij het stoppen met werken in de prostitutie loopt de prostituee vaak tegen praktische 
problemen aan, zoals het verlies van inkomen, de leefstijl en het sociale netwerk in het 
prostitutiecircuit, psychische en verslavingsproblemen, huisvesting, verblijfsstatus en gebrek aan 
werkervaring buiten de prostitutie. Wanneer een prostituee met dergelijke problemen te maken 
krijgt en geen begeleiding krijgt bij het uitstappen, is de kans op terugkeer in de prostitutie groot.